Veelgestelde vragen over onkruidbestrijding

Vanaf november 2017 is het wettelijk niet langer toegestaan om glyfosaathoudende middelen buiten de landbouw te gebruiken. We gebruiken als gemeente ook geen andere chemische bestrijdingsmiddelen.

We bestrijden onkruid met heet water, hete lucht of door het af te maaien. Op moeilijk bereikbare of kwetsbare plaatsen, of als het onkruid te hoog wordt, maaien we het af met de bosmaaier.

Om schade aan beplanting en obstakels te voorkomen kunnen we onkruid niet overal weghalen met heet water of hete lucht. 

De werktemperatuur onder het dek van de heteluchtmachine ligt tussen de 300 en 500 graden Celsius. Bepaalde beplanting kan gevoelig zijn voor deze stralingswarmte. Houten bouwwerken, zoals schuttingen, kunnen bijvoorbeeld vlam vatten. En de warmte kan schade veroorzaken aan andere materialen.

Daarom komen de machines niet te dicht bij beplanting, bouwwerken en obstakels. Onkruid halen we later weg met de bosmaaier.

Het werkt het beste als er geen blad of zwerfvuil op de straat ligt. Ook laaghangende takken van bomen en struiken maken het werk van de machine lastiger.

Heeft u schroeischade door de onkruidbestrijding van de gemeente? Dan kunt u dit melden via ons contactformulier online contactformulier.

We werken met de volgende richtlijnen/normen:

• Tegels met een voeglengtebedekking met onkruidengroei tot maximaal 30% en 20 stuks onkruiden niet hoger dan twintig centimeter per 100 m2.
• Klinkers met een voeglengtebedekking met onkruidgroei tot maximaal 15 % en 20 stuks onkruiden niet hoger dan twintig centimeter.
• Ongebonden verhardingen met een onkruidhoogte tot maximaal 20 stuks niet hoger dan 20 centimeter.

Deze normen vallen onder het kwaliteitsbeeld B of Basis en maakt onderdeel uit van het Kwaliteitsboek Openbare Ruimte/KOR, een uitgave van het CROW-2018.

Vind u dat we het onkruid niet genoeg weggehaald hebben? Dan kunt u de locatie doorgeven. Gebruik hiervoor het meldingsformulier openbare ruimte. Ook als er (onveilige) situaties ontstaan.