Subsidieregeling Pak je kans-fonds gemeente Hardenberg 2023

Originele publicatie downloaden:
Download het PDF bestand
Link naar originele publicatie:
Deze link gaat naar een andere site
Type bekendmaking:
algemeen verbindend voorschrift (verordening)
Publicatiedatum:
03-02-2023



Subsidieregeling Pak je kans-fonds gemeente Hardenberg 2023

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hardenberg;

gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening gemeente Hardenberg 2018;

BESLUIT:

Vast te stellen de “Subsidieregeling Pak je kans-fonds gemeente Hardenberg”:

 

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Netto gezinsinkomen: Het inkomen bestaat uit alle netto inkomensbestanddelen waarover de alleenstaande of het gezin beschikt of redelijkerwijs kan beschikken volgens artikel 31 lid 1 en 3 Participatiewet en artikel 32 lid 1 onder a Participatiewet.

  • b.

    Maatschappelijke participatie: het meedoen aan het maatschappelijke leven, als leerling, werknemer, ondernemer, vrijwilliger of mantelzorger.

Artikel 2. Toepassingsbereik

Op grond van deze subsidieregeling worden enkel subsidies verstrekt door burgemeester en wethouders voor het uitvoeren van/deelnemen aan activiteiten, het laten verrichten van behandelingen en/of het aanschaffen van materialen (hierna gezamenlijk aan te duiden als: activiteit(en) die direct leiden tot het behalen van onder artikel 3 genoemde doelstellingen.

Artikel 3. Reikwijdte

Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor activiteiten als bedoeld in artikel 2 die direct leiden tot professionele ontwikkeling van de aanvrager. Het gaat om:

  • a.

    activiteiten die kansen op betaald werk vanuit een uitkeringssituatie vergroten; en/of

  • b.

    activiteiten die maatschappelijke participatie van de aanvrager vergroten; en/of

  • c.

    activiteiten die leiden tot ontwikkeling van de aanvrager op de arbeidsmarkt vanuit een situatie in loondienst, zelfstandigheid, een uitkeringssituatie of overige situatie waarin de aanvrager zich bevindt op het moment van de aanvraag.

Artikel 4. Algemene uitgangspunten voor het verstrekken van subsidie

  • 1.

    Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan natuurlijke personen woonachtig in de gemeente Hardenberg.

  • 2.

    Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan natuurlijke personen die op het moment van het besluit op de aanvraag 18 jaar of ouder zijn.

  • 3.

     

    • a.

      Subsidie wordt uitsluitend verstrekt indien de kosten voor de activiteit(en) als bedoeld in artikel 2, waarvoor de aanvrager een subsidie wil ontvangen, maximaal € 8.000,-- bedragen.

    • b.

      Voor het verstrekken van subsidie aan voertuigen kan het college een maximum bedrag vaststellen per voertuig, niet hoger dan € 7.000,--.

    • c.

      De hoogte van de subsidie wordt bepaald door de goedkoopst adequate activiteit voor de aanvrager naar oordeel van het college.

  • 4.

    Subsidie wordt eenmalig verstrekt.

  • 5.

    Bij subsidieverstrekking voor de aanschaf van materialen wordt bij voorkeur afgenomen bij partijen die in de gemeente gevestigd zijn.

  • 6.

    De hoogte van de subsidie wordt gebaseerd op het netto gezinsinkomen van de aanvrager. Hiervoor geldt:

    • a.

      bij een netto gezinsinkomen tot 130 procent van de bijstandsnorm ontvangt de aanvrager een volledige vergoeding van de kosten van de voorgenomen activiteit(en) als bedoeld in artikel 2 in de vorm van subsidie;

    • b.

      bij een netto gezinsinkomen tussen 130 procent en 150 procent van de bijstandsnorm ontvangt de aanvrager een vergoeding van 60 procent van de kosten van de voorgenomen activiteit(en) als bedoeld in artikel 2 in de vorm van subsidie;

    • c.

      bij een netto gezinsinkomen tussen 150 procent en 170 procent van de bijstandsnorm ontvangt de aanvrager een vergoeding van 30 procent van de kosten van de voorgenomen activiteit(en) als bedoeld in artikel 2 in de vorm van subsidie;

    • d.

      bij een netto gezinsinkomen van meer dan 170 procent van de bijstandsnorm ontvangt de aanvrager geen subsidie voor voorgenomen activiteit(en) als bedoeld in artikel 2.

  • 7.

    Indien belanghebbende ten tijde van de aanvraag in een minnelijke- of wettelijke schuldenregeling zit, kan het inkomen van belanghebbende gelijkgesteld worden aan de bijstandsnorm wanneer er binnen het schuldentraject geen mogelijkheid bestaat om te reserveren voor kosten voor activiteiten als bedoeld in artikel 3.

  • 8.

    Wanneer het (gezins)vermogen hoger is dan de geldende normen op grond van artikel 34, tweede en derde lid Participatiewet, zal dit deel van het vermogen in mindering worden gebracht op de aangevraagde subsidie. Vermogen in de vorm van een woning wordt buiten beschouwing gelaten. Tevens wordt een apart product waar belanghebbende niet bij kan komen, bedoeld voor begrafeniskosten, buiten beschouwing gelaten. Wanneer de aanvrager Energietoeslag heeft ontvangen, wordt ook deze buiten beschouwing gelaten.

  • 9.

    Wanneer het college van oordeel is dat er voorliggende voorzieningen aangewend kunnen worden voor de aangevraagde activiteit, zal het bedrag ten hoogte van de voorliggende voorziening(en) in mindering worden gebracht op de aangevraagde subsidie

 

Artikel 5. Indieningseisen

  • 1.

    Bij de aanvraag dient de aanvrager de volgende stukken over te leggen:

    • a.

      een motivatie voor de activiteit en het ontwikkeldoel in de vorm van een ontwikkelplan, volgens het door college van burgemeester en wethouders daarvoor opgestelde format;

    • b.

      een aanmeldformulier volgens het door college van burgemeester en wethouders daarvoor opgestelde format;

    • c.

      een geldig legitimatiebewijs van de aanvrager: paspoort, ID-kaart of vreemdelingendocument;

    • d.

      een kopie van de laatste loonstrook en/of uitkeringsspecificatie van de aanvrager;

    • e.

      een kopie van de laatste bankafschrift(en) of saldo-overzicht(en) van elk opgegeven IBAN van de aanvrager;

    • f.

      een opgave van de kosten van de activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd;

    • g.

      een kopie van de bankpas(sen) met het IBAN waarop de/het (voorschot(ten) van de ) subsidie uitbetaald kan/kunnen worden. Dit is niet nodig als het IBAN al bij het college van burgemeester en wethouders bekend is.

  • 2.

    Het college van burgemeester en wethouders kan de aanvrager na het indienen van de aanvraag uitnodigen voor een gesprek om de motivatie verder toe te lichten.

 

Artikel 6. Beslistermijn

Burgemeester en wethouders beslissen op een aanvraag binnen zes weken nadat de complete aanvraag (dat wil zeggen: voldoend aan de indieningseisen als bedoeld in artikel 5) is ingediend.

Artikel 7. Aanvullende weigeringsgronden

Overeenkomstig artikel 9, derde lid, aanhef en onder h, van de Algemene subsidieverordening gemeente Hardenberg 2018 wordt subsidie geweigerd als:

  • a.

    de activiteit(en) als bedoeld in artikel 2 waarvoor subsidie wordt aangevraagd is/zijn verricht of aangevangen voordat de aanvraag is ontvangen;

  • b.

    de activiteit(en) als bedoeld in artikel 2 waarvoor subsidie wordt aangevraagd in strijd is/zijn met het algemeen belang of de openbare orde;

  • c.

    de activiteit(en) als bedoeld in artikel 2 waarvoor subsidie wordt aangevraagd een politieke, godsdienstige of levensbeschouwelijke boodschap heeft/hebben;

  • d.

    aannemelijk is dat de activiteit(en) als bedoeld in artikel 2 waarvoor subsidie wordt aangevraagd ook zonder subsidie zonder belangrijke vertraging kunnen worden verricht;

  • e.

    aan de aanvrager reeds een subsidie is toegekend op basis van de Subsidieregeling Pak je kansfonds gemeente Hardenberg of de Subsidieregeling Pak je kans-fonds Hardenberg 2023.

Artikel 8. Verlenen voorschotten

  • 1.

    Bij een subsidie geldt:

    • a.

      bij verlening van een subsidie tot € 5.000,-- wordt, voor de start van de activiteit(en) als bedoeld in artikel 2, een voorschot van 100% verleend;

    • b.

      bij verlening van een subsidie tussen € 5.000,-- en € 8.000,-- worden, wanneer voor de activiteit(en), waarvoor subsidie is aangevraagd, in termijnen kan worden betaald, voorschotten verleend die, waar het betreft de omvang en de tijdstippen van verlenen, afgestemd zijn op en overeenkomen met de te betalen termijnen;

    • c.

      bij verlening van een subsidie tussen € 5.000,-- en € 8.000,-- wordt, voor de start van de activiteit, een voorschot van 100% verleend, wanneer voor de activiteit(en) als bedoeld in artikel 2 waarvoor subsidie wordt verstrekt niet in termijnen kan worden betaald.

  • 2.

    Het/de voorschot(ten) worden uitbetaald aan de instantie waar de activiteit wordt afgenomen, op basis van een offerte.

  • 3.

    Van de het in het eerste en tweede lid bepaalde kan worden afgeweken wanneer daar naar oordeel van het college van burgemeester en wethouders aanleiding voor is.

 

Artikel 9. Verantwoording en vaststelling subsidie

  • 1.

    Voor het vaststellen van de subsidie geldt:

    • a.

      uiterlijk vier weken na de datum van afronding van de activiteit(en) als bedoeld in artikel 2, dient de aanvrager een aanvraag tot vaststelling van de subsidie in;

    • b.

      de aanvrager is verplicht om bij het indienen van een aanvraag tot vaststelling een bewijs over te leggen dat de activiteit(en) als bedoeld in artikel 2, waarvoor subsidie is verleend, daadwerkelijk is/zijn verricht.

 

Artikel 10. Terugvordering

Het college van burgemeester en wethouders kan overgaan tot terugvordering van de subsidie indien:

  • a.

    de activiteit waarvoor de subsidie is verleend niet of gedeeltelijk is verricht, en

  • b.

    de aanvrager naar oordeel van het college nadrukkelijk verwijtbaar de activiteiten niet of gedeeltelijk heeft verricht.

Artikel 11. Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen van deze subsidieregeling, indien toepassing van de subsidieregeling tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 12. Inwerkingtreding en citeerartikel

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 01-01-2023.

  • 2.

    Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: “Subsidieregeling Pak je kans-fonds gemeente Hardenberg 2023”.

 

 

Secretaris, Burgemeester,

I.A.A. Oostmeijer-Oosting M.W. Offinga

Toelichting  

Algemeen

 

Het Pak je kans-fonds is een regelluwe subsidie voor inwoners van de gemeente Hardenberg die ervoor moet zorgen dat mensen een stap maken in hun ontwikkeling. Het gaat om een financiële bijdrage voor mensen met een laag- tot middeninkomen om in te zetten voor een activiteit waarmee hun eigen ontwikkeldoel behaald kan worden. Het ontwikkeldoel kan gaan om maatschappelijke participatie of (betaald) werk, maar het kan ook gaan om mensen die werk hebben of als ondernemer werkzaam zijn en hun inkomenspositie kunnen verbeteren door een stap te maken op de arbeidsmarkt. Wat er nodig is om deze stap te maken bepaalt de aanvrager zelf. De mogelijkheden zijn divers: van het halen van een rijbewijs, het weg laten halen van een zichtbare tatoeage tot het volgen van een opleiding.

 

Artikelsgewijze toelichting

In deze paragraaf worden uitsluitend de artikelen behandeld die verdere toelichting vragen.

 

Artikel 2:

De activiteiten waarvoor subsidie kan worden aangevraagd moeten leiden tot een doelstelling gericht op werk en/of participatie. Dit moet duidelijk blijken uit het ontwikkelplan van de aanvrager. Een activiteit mag geen doel op zichzelf zijn.

 

Artikel 3:

De subsidieregeling kent een brede omschrijving van activiteiten waarvoor subsidie kan worden verstrekt. Het gaat om activiteiten die logischerwijs leiden tot het ontwikkelen van de aanvrager op het gebied van werk en/of participatie. Enkele voorbeelden van activiteiten waarvoor subsidie kan worden aangevraagd zijn: het laten verwijderen van zichtbare tatoeages wanneer dit als een belemmering wordt ervaren om betaald werk te krijgen, het volgen van een opleiding of cursus, het behalen van een rijbewijs wanneer dit vanuit een beoogde werkgever gevraagd wordt of het aanschaffen van materialen wanneer dit noodzakelijk is om te komen tot werk en/of maatschappelijke participatie. Hierbij kan worden gedacht aan materialen zoals gereedschap of een vervoermiddel.

 

Artikel 4, eerste lid:

De bijstandsnorm is afhankelijk van de situatie van de aanvrager. Deze is berekend op basis van normen per 1 januari 2023 inclusief vakantiegeld. Deze normen worden halfjaarlijks geïndexeerd op basis van de landelijke indexatie.

 

Artikel 4, tweede lid:

Van jongeren tot 27 jaar zal het volgen van regulier onderwijs altijd voorliggend zijn. Wanneer dit niet mogelijk is voor belanghebbende kan een aanspraak gemaakt worden op het Pak je kans-fonds. Het Pak je kans-fonds kan daarnaast aanvullend zijn.

 

Artikel 4, achtste lid:

Indien aanvrager aanspraak kan maken op voorliggende voorzieningen, worden deze in mindering gebracht op de aangevraagde subsidie. Voorliggende voorzieningen kunnen bijvoorbeeld zijn een bijdrage van werkgever, het UWV of andere financieringsmogelijkheden.

 

Artikel 5, tweede lid:

Inwoners kunnen voorafgaand aan de aanvraag ondersteuning krijgen bij het opstellen van de aanvraag en het ontwikkelplan.

 

Artikel 8, derde lid:

Afhankelijk van de betaling die de aanvrager dient te doen aan het instituut waar de activiteit verricht wordt, kan de uitbetaling worden aangepast en kan gekozen worden voor ofwel het voldoen in termijnen, danwel het voldoen in een keer.

 

Artikel 10, tweede lid:

Er is een kanbepaling opgenomen in deze regeling voor het terugvorderen van de subsidie. Subsidie kan alleen worden teruggevorderd wanneer er naar het oordeel van het college sprake is van ernstig verwijtbaar gedrag van de aanvrager. Hiermee wordt bedoeld dat er sprake is van grove opzet of schuld van de aanvrager voor wat betreft het niet verrichten van de activiteiten. Een voorbeeld is wanneer de aanvrager de subsidie voor een ander doel heeft gebruikt dan de activiteit waarvoor de subsidie is aangevraagd.

 

Artikel 11

De hardheidsclausule bepaalt dat in bijzondere gevallen kan worden afgeweken van bepalingen in deze subsidieregeling. Zo kan er bijvoorbeeld een bedrag worden toegekend hoger dan € 8000,-- wanneer alternatieve mogelijkheden tot participatie voor belanghebbende naar oordeel van het college uitgesloten zijn en/of naar verwachting niet zullen leiden tot het gewenste ontwikkeldoel. Ook kan worden afgeweken van weigeringsgronden wanneer er het college van mening is dat een toekenning de kans op ontwikkeling voor de inwoner dermate vergroot en de kans op uitstroom uit de uitkering groot is. Hierin zal het college gemotiveerd een afweging moeten maken van kosten en baten.